Beschouwingen begroting 2021

Voor ons ligt de Begroting van de gemeente Dinkelland voor het jaar 2021. Deze begroting is o.a. de financiële vertaling van het coalitieakkoord, zoals deze al eerder in het zgn. Koersdocument is gepresenteerd. Een begroting, die zijn schaduw al vooruit heeft geworpen in de P&C-documenten Perspectiefnota en Tweede Programmajournaal, die eerder dit jaar aan de orde zijn geweest. Maar voordat wij hiermee beginnen voorzitter, willen wij als fractie van de Dinkellandse VVD alle samenstellers bedanken voor deze enorme klus. Ook dank aan de ambtenaren en het college voor de toelichting die wij mochten ontvangen in het technisch vragenuur, maar ook tijdens de commissievergadering en de schriftelijke beantwoording van de vragen die nog waren blijven liggen.

Voorzitter, vorig jaar had niemand kunnen denken hoe anders de wereld eruit zou zien. Hoewel 2020 rustig begon, kwamen er al snel berichten over een nieuw virus in China. Noodgedwongen gingen we in een intelligente lockdown en werd het stil op straat. Dinkelland werd ook getroffen met veel besmettingen en inwoners die overleden. De gemeenteraad ging van fysiek naar digitaal vergaderen. Verdere maatregelen werden geïntroduceerd en langzamerhand begon het erop te lijken dat we het virus onder controle hadden. Niets blijkt minder waar. De tweede golf slaat momenteel in alle hevigheid toe. We zitten nu in een gedeeltelijke lockdown met de dreiging van een totale lockdown.

Jong en zeker oud in Dinkelland worden door de nieuwe maatregelen geconfronteerd met een reeks aan tijdelijke onmogelijkheden. Zo wordt groepsvorming verder beperkt en is de horeca volledig gesloten. Als Dinkellandse VVD leven we mee met degene die hierdoor geraakt wordt en hebben we zeer veel waardering voor iedereen in de zorg en het onderwijs. Nadrukkelijk moeten we blijven kijken hoe we bedrijven, de horeca, en sport en cultuur kunnen blijven steunen. Tegelijk moeten we scherp zijn op het effect van corona op ieders welzijn en gezondheid. Dat kan voor de langere termijn wel eens een groter impact hebben.

Voorzitter, deze begroting wordt net als de eerdergenoemde P&C documenten voor een groot deel beïnvloed door de effecten van de corona-pandemie, waarbij we tegelijkertijd nog niet weten wat de exacte (financiële) gevolgen van deze pandemie voor de financiële huishouding van de gemeente Dinkelland zullen zijn.

We zien uiteindelijk een voor 2021 sluitende begroting met eveneens een op termijn sluitende meerjarenbegroting. Voorwaar een prestatie van dit college, maar ook goed dat we, met de CPB-scenario’s eerder dit jaar, ons goed hebben gerealiseerd welke effecten de Corona pandemie op  onze gemeente zouden kunnen hebben. Het is echter allemaal flinterdun. De eerste de beste tegenvaller leidt vrijwel direct tot een tekort op de begroting. En dat deze tegenvallers zullen komen lijkt ook vrij helder. De ODT dreigt een bodemloze put te worden. Het is de vraag of de ingeboekte mutaties voor de komende jaren voldoende zijn. Het Sociaal Domein blijft ondanks alle inspanningen en gerealiseerde besparingen een punt van zorg, m.n. voor wat betreft de Jeugdzorg. Van de beoogde besparingen is een substantieel deel nog niet gerealiseerd, terwijl de tijd om deze besparing te realiseren steeds korter wordt.   

Kortom, we kunnen constateren dat het de verdienste van dit College is dat we zonder drastische bezuinigingen of ingrepen ook voor de komende jaren een financieel gezond beeld laten zien, maar tegelijkertijd dat deze meerjarig sluitende begroting nog met relatief flinke onzekerheden is omgeven, waardoor voorzichtigheid geboden is en blijft.

Tot zover enkele, wat meer algemene, beschouwingen. Graag gaan we concreet ook nog op een aantal punten in.

 

Allereerst met betrekking tot de al eerdergenoemde ODT. De fractie van de VVD heeft bij de behandeling van het Tweede Programmajournaal kortgeleden ook al kritische opmerkingen geplaatst bij de gang van zaken rondom de ODT. Wij begrijpen dat de invloed van de gemeente Dinkelland relatief beperkt is, maar wij vragen het College toch hier zeer kritisch de vinger aan de pols te houden en de Raad periodiek uitvoerig te informeren over de gang van zaken. De fractie van de VVD zal de ontwikkelingen de komende periode zeer nadrukkelijk blijven volgen.

In de begroting wordt in het kader van structureel nieuw beleid voor het programma duurzaamheid voor 2 jaar een bedrag van 264.000 euro ten laste van de RIBAM gebracht. Wij kunnen hier niet mee instemmen nu van de programmagelden duurzaamheid, waarvoor een bedrag van ruim 1.5 miljoen beschikbaar was, inmiddels een bedrag beschikbaar is van 1.74 miljoen. Tevens is het totaalbedrag van 1.74 miljoen voor ons onverwacht inééns geoormerkt. Dit lijkt ons niet de juiste gang van zaken. Wij juichen het toe dat het College concreet werk wil maken van de besteding van de genoemde programmagelden. Echter de besteding van het gereserveerde bedrag of delen ervan willen we op dit moment niet oormerken. We willen graag de ruimte hebben om voor dit geld, naast reeds ingezette trajecten, te komen met initiatief voorstellen vanuit onze raad. En daarnaast willen we dat het bedrag genoemd in het onderdeel “Programma duurzaamheid 2 jaar” ad € 264.000 niet uit de Ribam wordt gehaald maar uit deze programmagelden duurzaamheid.

Daarvoor stellen wij 2 amendementen voor die wij nu met u willen delen: 

 

Amendement 1:

Amendement 2:

 

Naast dit financiële deel willen wij nog enkele opmerkingen plaatsen bij de Ambities zoals deze zijn beschreven in het Maatschappelijk Effecten Plan.

Allereerst de Ambitie aantrekkelijke woon- en leefomgeving. De uitdagingen waar we als gemeente voor staan worden prima weergegeven. Concrete oplossingen of voorstellen zien wij nog niet. Er is een flink tekort aan (betaalbare) starterswoningen en door de stikstofproblematiek lijkt het bouwen van woningen er de komende jaren niet gemakkelijker op te worden.

Met betrekking tot de ambitie inclusieve samenleving hebben wij de volgende opmerkingen en enkele vragen.

Er wordt gesproken over armoedebeleid, schuldenaanpak en statushouders. Wij missen daarbij echter de link met werk. Het hebben van een baan kan er ons inziens voor zorgen dat mensen geen of minder armoede/schulden kennen. Er zijn nog steeds veel mensen afhankelijk van een uitkering. Door de economische omstandigheden is er een reële kans dat dit aantal de komende periode gaat stijgen. Wat zijn de concrete plannen om uitstroom uit de uitkering te bespoedigen en welke taakstelling ligt hierop?

Voor statushouders zal de integratie veel beter verlopen wanneer ze een baan hebben. Is de wethouder het eens met de stelling dat de integratie van een statushouder in de Nederlandse samenleving voorspoediger verloopt op het moment dat de statushouder een dienstverband heeft?

 

 

Als de wethouder het eens is met de stelling, wat zijn dan de concrete plannen om meer statushouders aan het werk te krijgen?

In de begroting wordt de Participatiewet wel genoemd maar dan in de zin van: onderzoek doen naar met welke gemeente er in de toekomst samengewerkt moet gaan worden en dat dan gaan uitvoeren in 2022. Naar onze mening is de uitvoering van de Participatiewet een rijdende trein en het wisselen van samenwerkingsgemeente een accentverschuiving.

Wij horen graag of het College deze mening deelt en welke acties wij op het terrein van de Participatiewet kunnen verwachten. We missen hierin dus de uitdaging om mensen aan het werk te krijgen en zo te laten meedoen in de maatschappij. Er is immers meer dan alleen vrijwilligerswerk. Werk gaat voor, als dat kan.

Wij missen in deze begroting de samenwerking met het Werkplein en wat we daarvan verwachten. Wat doen we als gemeente nog zelf en wat laten we uitvoeren door het Werkplein?

Ten slotte over de Participatiewet. In hoeverre worden ondernemers uit Dinkelland betrokken bij het aan het werk krijgen van mensen met een uitkering? Wordt er een lijst bijgehouden van ondernemers die interesse hebben? Welke acties zijn er op dit moment en zijn er nieuwe initiatieven in ontwikkeling?

Tenslotte de participatieprocessen. Wij merken allereerst op dat de fractie van de VVD hier bij de behandeling van de eerdere P&C documenten al vragen over gesteld. Daarnaast hebben wij geconstateerd dat letterlijk dezelfde tekst zoals deze is nu is opgenomen in de Begroting ook was opgenomen in de jaarrekening over 2019. Wanneer letterlijk dezelfde teksten worden overgenomen is voor de fractie van de VVD de vraag wat de geloofwaardigheid nog is van deze processen. Worden deze werkelijk opgepakt en wordt hier echt werk van gemaakt of wordt de Raad en de burger “tevreden” gehouden door jaar in jaar uit dezelfde prachtige volzinnen op te nemen zonder dat er daadwerkelijk inhoud aan het proces wordt gegeven. Wij zouden hier op dezelfde manier mee om kunnen gaan door opnieuw dezelfde vragen te stellen, die we bij de behandeling van de eerdere P&C documenten hierover hebben gesteld. Dit lijkt ons echter weinig zinvol. Wij zouden het College willen vragen om in het eerstvolgende P&C document, waarin dit onderwerp weer aan de orde komt, serieuzer aandacht te besteden aan dit onderwerp. Allereerst door een op dat moment actuele toelichting (en niet dezelfde tekst) op te nemen en daarnaast veel concreter aan te geven hoe de voortgang van deze processen gemonitord worden en welke concrete acties zijn of worden ondernomen om de gewenste professionalisering van de grond te krijgen. Prachtige volzinnen zoals nu opgenomen, moeten geen holle frases worden.

Voorzitter we komen tot een afronding. 

Ondanks de moeilijke tijden hebben we het in Dinkelland voor de meeste mensen heel goed voor elkaar. Onze gemeente is volop in beweging en lééft!  We zijn in ontwikkeling en dit betekent dat er altijd gemopperd zal worden. Over het moois dat gesloopt werd en wordt en over alles wat nog gebouwd en ontwikkeld gaat worden. Over leegstand, kale plekken en bezuinigingen. Laten we vooral ook blijven mopperen. Dat houdt ons scherp. Maar laten we vooral óók blijven genieten van al het moois dat onze mooie plattelandsgemeente ons te bieden heeft.