Voorzitter, vorig jaar had niemand kunnen denken hoe anders de wereld eruit zou zien. Hoewel 2020 rustig begon, kwamen er al snel berichten over een nieuw virus in China. Noodgedwongen gingen we in een intelligente lockdown en werd het stil op straat. Dinkelland werd ook getroffen met veel besmettingen en inwoners die overleden. De gemeenteraad ging van fysiek naar digitaal vergaderen. Verdere maatregelen werden geïntroduceerd en langzamerhand begon het erop te lijken dat we het virus onder controle hadden. Niets blijkt minder waar. De tweede golf slaat momenteel in alle hevigheid toe. We zitten nu in een gedeeltelijke lockdown met de dreiging van een totale lockdown.
Jong en zeker oud in Dinkelland
worden door de nieuwe maatregelen geconfronteerd met een reeks aan tijdelijke
onmogelijkheden. Zo wordt groepsvorming verder beperkt en is de horeca volledig
gesloten. Als Dinkellandse VVD leven we mee met degene die hierdoor geraakt
wordt en hebben we zeer veel waardering voor iedereen in de zorg en het
onderwijs. Nadrukkelijk moeten we blijven kijken hoe we bedrijven, de horeca,
en sport en cultuur kunnen blijven steunen. Tegelijk moeten we scherp zijn op
het effect van corona op ieders welzijn en gezondheid. Dat kan voor de langere
termijn wel eens een groter impact hebben.
Voorzitter, deze begroting wordt net
als de eerdergenoemde P&C documenten voor een groot deel beïnvloed door de
effecten van de corona-pandemie, waarbij we tegelijkertijd nog niet weten wat
de exacte (financiële) gevolgen van deze pandemie voor de financiële
huishouding van de gemeente Dinkelland zullen zijn.
We zien uiteindelijk een voor 2021
sluitende begroting met eveneens een op termijn sluitende meerjarenbegroting.
Voorwaar een prestatie van dit college, maar ook goed dat we, met de
CPB-scenario’s eerder dit jaar, ons goed hebben gerealiseerd welke effecten de
Corona pandemie op onze gemeente zouden
kunnen hebben. Het is echter allemaal flinterdun. De eerste de beste
tegenvaller leidt vrijwel direct tot een tekort op de begroting. En dat deze
tegenvallers zullen komen lijkt ook vrij helder. De ODT dreigt een bodemloze
put te worden. Het is de vraag of de ingeboekte mutaties voor de komende jaren
voldoende zijn. Het Sociaal Domein blijft ondanks alle inspanningen en
gerealiseerde besparingen een punt van zorg, m.n. voor wat betreft de
Jeugdzorg. Van de beoogde besparingen is een substantieel deel nog niet
gerealiseerd, terwijl de tijd om deze besparing te realiseren steeds korter
wordt.
Kortom, we kunnen constateren dat
het de verdienste van dit College is dat we zonder drastische bezuinigingen of
ingrepen ook voor de komende jaren een financieel gezond beeld laten zien, maar
tegelijkertijd dat deze meerjarig sluitende begroting nog met relatief flinke
onzekerheden is omgeven, waardoor voorzichtigheid geboden is en blijft.
Tot zover enkele, wat meer algemene,
beschouwingen. Graag gaan we concreet ook nog op een aantal punten in.
Allereerst met betrekking tot de al
eerdergenoemde ODT. De fractie van de VVD heeft bij de behandeling van het
Tweede Programmajournaal kortgeleden ook al kritische opmerkingen geplaatst bij
de gang van zaken rondom de ODT. Wij begrijpen dat de invloed van de gemeente
Dinkelland relatief beperkt is, maar wij vragen het College toch hier zeer
kritisch de vinger aan de pols te houden en de Raad periodiek uitvoerig te
informeren over de gang van zaken. De fractie van de VVD zal de ontwikkelingen
de komende periode zeer nadrukkelijk blijven volgen.
In de begroting wordt in
het kader van structureel nieuw beleid voor het programma duurzaamheid voor 2
jaar een bedrag van 264.000 euro ten laste van de RIBAM gebracht. Wij kunnen
hier niet mee instemmen nu van de programmagelden duurzaamheid, waarvoor een
bedrag van ruim 1.5 miljoen beschikbaar was, inmiddels een bedrag beschikbaar
is van 1.74 miljoen. Tevens is het totaalbedrag van 1.74 miljoen voor ons
onverwacht inééns geoormerkt. Dit lijkt ons niet de juiste gang van zaken. Wij
juichen het toe dat het College concreet werk wil maken van de besteding van de
genoemde programmagelden. Echter de besteding van het gereserveerde bedrag of
delen ervan willen we op dit moment niet oormerken. We willen graag de ruimte
hebben om voor dit geld, naast reeds ingezette trajecten, te komen met
initiatief voorstellen vanuit onze raad. En daarnaast willen we dat het bedrag
genoemd in het onderdeel “Programma duurzaamheid 2 jaar” ad € 264.000 niet uit
de Ribam wordt gehaald maar uit deze programmagelden duurzaamheid.
Daarvoor stellen wij 2
amendementen voor die wij nu met u willen delen:
Amendement 1:
Amendement 2:
Naast dit financiële deel willen wij
nog enkele opmerkingen plaatsen bij de Ambities zoals deze zijn beschreven in
het Maatschappelijk Effecten Plan.
Allereerst de Ambitie aantrekkelijke
woon- en leefomgeving. De uitdagingen waar we als gemeente voor staan worden
prima weergegeven. Concrete oplossingen of voorstellen zien wij nog niet. Er is
een flink tekort aan (betaalbare) starterswoningen en door de stikstofproblematiek
lijkt het bouwen van woningen er de komende jaren niet gemakkelijker op te
worden.
Met betrekking tot de ambitie
inclusieve samenleving hebben wij de volgende opmerkingen en enkele vragen.
Er wordt gesproken over
armoedebeleid, schuldenaanpak en statushouders. Wij missen daarbij echter de link
met werk. Het hebben van een baan kan er ons inziens voor zorgen dat mensen
geen of minder armoede/schulden kennen. Er zijn nog steeds veel mensen
afhankelijk van een uitkering. Door de economische omstandigheden is er een
reële kans dat dit aantal de komende periode gaat stijgen. Wat zijn de concrete
plannen om uitstroom uit de uitkering te bespoedigen en welke taakstelling ligt
hierop?
Voor statushouders zal de integratie
veel beter verlopen wanneer ze een baan hebben. Is de wethouder het eens met de
stelling dat de integratie van een statushouder in de Nederlandse samenleving
voorspoediger verloopt op het moment dat de statushouder een dienstverband
heeft?
Als de wethouder het eens is met de
stelling, wat zijn dan de concrete plannen om meer statushouders aan het werk
te krijgen?
In de begroting wordt de
Participatiewet wel genoemd maar dan in de zin van: onderzoek doen naar met
welke gemeente er in de toekomst samengewerkt moet gaan worden en dat dan gaan
uitvoeren in 2022. Naar onze mening is de uitvoering van de Participatiewet een
rijdende trein en het wisselen van samenwerkingsgemeente een
accentverschuiving.
Wij horen graag of het College deze
mening deelt en welke acties wij op het terrein van de Participatiewet kunnen
verwachten. We missen hierin dus de uitdaging om mensen aan het werk te krijgen
en zo te laten meedoen in de maatschappij. Er is immers meer dan alleen
vrijwilligerswerk. Werk gaat voor, als dat kan.
Wij missen in deze begroting de
samenwerking met het Werkplein en wat we daarvan verwachten. Wat doen we als
gemeente nog zelf en wat laten we uitvoeren door het Werkplein?
Ten slotte over de Participatiewet.
In hoeverre worden ondernemers uit Dinkelland betrokken bij het aan het werk
krijgen van mensen met een uitkering? Wordt er een lijst bijgehouden van
ondernemers die interesse hebben? Welke acties zijn er op dit moment en zijn er
nieuwe initiatieven in ontwikkeling?
Tenslotte de participatieprocessen.
Wij merken allereerst op dat de fractie van de VVD hier bij de behandeling van
de eerdere P&C documenten al vragen over gesteld. Daarnaast hebben wij
geconstateerd dat letterlijk dezelfde tekst zoals deze is nu is opgenomen in de
Begroting ook was opgenomen in de jaarrekening over 2019. Wanneer letterlijk
dezelfde teksten worden overgenomen is voor de fractie van de VVD de vraag wat
de geloofwaardigheid nog is van deze processen. Worden deze werkelijk opgepakt
en wordt hier echt werk van gemaakt of wordt de Raad en de burger “tevreden”
gehouden door jaar in jaar uit dezelfde prachtige volzinnen op te nemen zonder
dat er daadwerkelijk inhoud aan het proces wordt gegeven. Wij zouden hier op
dezelfde manier mee om kunnen gaan door opnieuw dezelfde vragen te stellen, die
we bij de behandeling van de eerdere P&C documenten hierover hebben
gesteld. Dit lijkt ons echter weinig zinvol. Wij zouden het College willen
vragen om in het eerstvolgende P&C document, waarin dit onderwerp weer aan
de orde komt, serieuzer aandacht te besteden aan dit onderwerp. Allereerst door
een op dat moment actuele toelichting (en niet dezelfde tekst) op te nemen en
daarnaast veel concreter aan te geven hoe de voortgang van deze processen
gemonitord worden en welke concrete acties zijn of worden ondernomen om de
gewenste professionalisering van de grond te krijgen. Prachtige volzinnen zoals
nu opgenomen, moeten geen holle frases worden.
Voorzitter we komen tot een
afronding.
Ondanks de moeilijke tijden hebben
we het in Dinkelland voor de meeste mensen heel goed voor elkaar. Onze gemeente
is volop in beweging en lééft! We zijn
in ontwikkeling en dit betekent dat er altijd gemopperd zal worden. Over het
moois dat gesloopt werd en wordt en over alles wat nog gebouwd en ontwikkeld
gaat worden. Over leegstand, kale plekken en bezuinigingen. Laten we vooral ook
blijven mopperen. Dat houdt ons scherp. Maar laten we vooral óók blijven
genieten van al het moois dat onze mooie plattelandsgemeente ons te bieden
heeft.